vrijdag 19 juni 2009

Mijn leven als Marie - 5

Prrrrt,
mijn mensen hebben mijn huis opnieuw ingericht.
Dat was nodig om tegemoet te komen aan de noden en de veiligheid van mijn kleintjes.

De tweevoeters begonnen allerlei dingen te verplaatsen en maakten de grond nat. Daarna werd alles op een andere plaats teruggezet. Ik volgde de werken goed op want met mensen moet je opletten. Ze doen zo graag hun eigen zin en aanvaarden niet gauw de mening van een kat. Maar deze keer liep het vlot en na een laatste controleronde keurde ik de verbouwing goed.
Er is nu een ruime, afgesloten speelruimte voorzien met voldoende slaapgelegenheid en sanitaire voorziening. Het is gezellig geworden. Kattegoed. En ik kan met een gerust gevoel eens een stapje in de wereld zetten.

Alhoewel ik wat muizenissen heb over mijn twee oudste. Ze willen voor het ogenblik niet onder hetzelfde dak slapen als mijn vier kittens. Daardoor gaan ze 's nachts op stap en komen ze pas tegen de vroege ochtend terug. Tijdens de dag slapen ze dan in het hol van de mensen.
Ik denk dat ze nog moeten wennen aan hun nieuwe broertjes en zusjes. Ach, wat moet je doen? Van mijn vrienden heb ik vernomen dat kleine katjes vaak bij andere mensen geplaatst worden als er te weinig plaats voor hen is. Zouden mijn mensen dat ook doen? Misschien als ze groot genoeg zijn om op eigen poten staan. Dan moeten ze tenslotte toch hun eigen weg gaan. Laat ik daar maar niet te veel aan denken, daar is nog tijd genoeg voor. Nu ga ik genieten van mijn nieuwe interieur!
-

maandag 15 juni 2009

Dagboek van Figaro - 4

Vandaag was er een mensensamenkomst in ons domein.
Zoveel mensen bij elkaar, dat is geen kattepis.

Rambo was nog banger dan ik, maar dat zal hij niet toegeven. Hij ging er als een haas vandoor. Ik verstopte me achter de omheining. Daar kon ik het mensengejank horen. Dat was een hels lawaai. Daarna werd het wat rustiger. Ik spitste mijn oren en luisterde naar het gerammel van hun eetbakken en rook die rare geur van dat zwarte water dat ze drinken.

Vervolgens begonnen ze rond te snuffelen in ons domein. Overal verspreidden zich vreemde geuren in de lucht, alhoewel sommige wel lekker roken, net kattekruid. Ik werd nieuwsgierig naar wat ze daar deden en klauterde bovenop de schutting om alles van op een veilige afstand te beloeren. Een beetje de kat uit de boom kijken dus. Die meute stond daar nu te staren naar mama's kleintjes. Alsof ze nog nooit een kat hadden gezien. Nu ja, om eerlijk te zijn, ik kijk er ook wel eens graag naar.
Daarna liepen ze allemaal het mensenhuis binnen.

Eindelijk was het weer rustig. Ook Rambo kwam op zijn sokken aangelopen en we rollebolden wat in het zand. Wij, katertjes, zullen nog vele kattelevens nodig hebben voor we die eigenaardige mensen zullen begrijpen.
-